Op de late avond van 16 december 1983 loopt een boze ex-medewerker van sexclub Casa Rosso op de Oudezijds Achterburgwal de club binnen met een pistool en een jerrycan benzine. Hij gooit de jerrycan leeg in de receptie van de club en steekt de benzine aan. Rook en vuur verspreiden zich razendsnel door het wirwar van gangen en lokalen.
In eerste instantie worden 2 doden en 16 gewonden aangetroffen. Later treft men in een afgesloten kamer nog 11 slachtoffers aan, gestikt door de rook.
De prelude:
In de rosse buurt van Amsterdam, het Wallen-gebied tussen de Dam en de Nieuwmarkt, is de lijn tussen onder- en bovenwereld flinterdun. Zo loopt ook de handel en wandel van Maurits “Zwarte Joop” de Vries langs rechte en kromme wegen. Op de Wallen baat Zwarte Joop sinds het begin van de jaren ’60 de beroemde jazzclub Casablanca uit, maar heeft ook nog wel wat schimmiger zaakjes bij de hand. Na een schietpartij in Muiden verdwijnt Joop anderhalf jaar uit beeld, om in 1969 weer op de Wallen te verschijnen.
Daar begint hij op de Oudezijds Achterburgwal een voor die tijd unieke business: in zijn nieuwe club Casa Rosso worden live sex shows op het toneel gebracht. Het is een groot succes en van heinde en verre stroomt het publiek toe.
Joop weet dat herrie in en om de tent slecht is voor de klandizie, dus de toenemende junkenbevolking en straathandel in drugs wordt met harde hand uit zijn gebied geweerd. Hij heeft daarom zijn eigen veiligheidsdienst en eigen vuilophaaldienst en zorgt er zo voor dat er op zijn stuk van de Wallen orde, rust en reinheid heerst. Hij is goed voor zijn personeel, goed voor zijn klanten en goed voor de buurt: Zwarte Joop is de Koning van de Wallen.
In de loop de jaren breidt hij zijn imperium uit met de gokhuizen Cabala en Club26. Voor de financiering daarvan heeft hij banden met de Amerikaanse Cosa Nostra, die flink wat geld in de handel van Zwarte Joop steekt. De gemeente, in die jaren druk bezig met het bestrijden van de kraakbeweging en blij met elke hulp om de orde in dit zo moeilijk te beheren stukje Amsterdam te handhaven, gedoogt de situatie.
In 1983 bestaat het complex van sextheater, gokpaleizen, sauna-, fitness- en woon-ruimtes uit een wirwar van aan elkaar vastgebouwde huizen tussen Oudezijds Achterburgwal 84 t/m 104 en Oudezijds Voorburgwal 107 t/m 115.
Het imperium van Zwarte Joop staat in 1983 in de warme belangstelling van de FIOD en justitie, die verschillende invallen doet in het complex.
Het verval van het imperium slaat toe en de macht van Zwarte Joop brokkelt af, als in juni 1983 de Israëlier Joseph Lan zich bij Joop aandient. Lan komt uit Amerika, waar hij een gevangenisstraf wegens moord op zijn werkgever heeft uitgezeten. Hij wordt bij Zwarte Joop geïntroduceerd door een Cosa Nostra baas en krijgt daarom een baantje als schoonmaker in het complex.
Maar Joseph Lan voldoet niet en krijgt het aan de stok met zijn werkgever. Intussen heeft Lan echter ook een relatie met een cassière van de Calaba (er zijn onbevestigde verhalen dat het hier om de dochter van Zwarte Joop ging) en komt daarom ook privé vaak over de vloer van de club. Eind november 1983 loopt de ruzie op. Joseph Lan wordt ontslagen en wordt de toegang tot de clubs ontzegt. Als hij op 14 december weer zijn vriendin naar haar werk komt brengen, wordt hij uit de zaak gezet. Hij is woedend, hij dreigt Joop dood te schieten en zijn zaak in brand te steken.
Het verloop:
Op de avond van 16 december wordt Joseph Lan door de bewaking van Casa Rosso in de buurt gezien. Ze nemen Joseph en zijn bedreigingen niet al te serieus, maar rond 22.45 uur zet Lan zijn auto vlak voor de deur van Casa Rosso en loopt zwaaiend met een pistool de receptie van Casa Rosso binnen. Hij heeft ook een blik benzine bij zich.
Voordat de bewaking kan ingrijpen gooit hij de benzine door de receptie en steekt die aan.
Het is 22.52 uur als Lan naar buiten loopt en wegrijdt. De brand breidt zich intussen razendsnel uit. De gangen en kamers van het ingewikkelde complex lopen vol rook.
De brandweer rukt om 22.54 uur uit met groot materieel, maar heeft de grootste moeite om het complex aan de smalle drukke gracht te bereiken. Uit alle hoeken en gaten van het complex proberen de bezoekers te ontsnappen. Mensen springen uit de ramen, maar de brandweer kan nog wel vier bezoekers uit het complex redden. 16 ernstig gewonden worden in veiligheid gebracht. Twee doden kunnen direct worden geborgen.
De blusboot Jan van de Heijde komt vast te zitten onder een brug en kan pas veel later zijn twee waterkanonnen in stelling brengen. Het complex brandt helemaal uit.
Na het blussen met 18 lagedruk stralen en drie waterkanonnen kan op 17 december om 1.28 uur het sein brand meester worden gegeven. Het nablussen duurt nog tot 00.45 uur in de nacht van 18 december.
Tijdens het nablussen worden in een afgesloten bridgekamer 11 doden gevonden. Een reddende buitendeur was vlakbij, maar in de dichte rook onzichtbaar voor de slachtoffers.
Zwarte Joop was zeer aangeslagen door de brand, waarbij ook medewerkers van hem om het leven kwamen. Hij wilde niet dat de club op die plek herbouwd zou worden, wilde niet dat daar ooit nog plezier gemaakt zou worden. Op de plek van het complex is woningbouw gekomen.
Sexclub Casa Rosso is, onder nieuwe eigenaars en naar verluidt betaald met losgeld van de Heineken-ontvoering, op 18 mei 1984 heropend in de naastgelegen panden op de Oudezijds Achterburgwal 106-108.
Maurits “Zwarte Joop” de Vries is er niet meer bovenop gekomen. Hij stierf op 13 juli 1986 aan een hersenbloeding, 51 jaar oud. Zijn vriendin Avril zag Joop als het veertiende slachtoffer van de brand.
De oorzaken:
Joseph Lan werd nog dezelfde nacht aangehouden.
De reputatie van Zwarte Joop als Koning van de Wallen was met het complex ten onder gegaan. De strenge beveiliging had gefaald. De Cosa Nostra zou wellicht niet zonder meer het verlies van de miljoenen-investeringen willen accepteren.
Daarom betichtte Joop zijn veiligheidscrew ervan een complot te hebben gesmeed met Joseph Lan als uitvoerder, maar justitie kon geen complotten ontdekken. Lan had alleen gehandeld, met wraak als motief. Hij werd veroordeeld tot 12 jaar cel.
De lessen:
Tegen brandaanslagen zijn geen veiligheidsmaatregelen te nemen. Wel kan de schade beperkt worden door goede bouwkundige- en brandpreventieve maatregelen. Club Casa Rosso was in de loop der jaren uitgebreid door muren van aanleunende pandjes door te breken. Er ontstond zo gaandeweg een wirwar van kamers en gangen waar rook en vuur vrij spel hadden.
Het vergunningenstelsel in de Amsterdamse rosse buurt volgde het in die jaren gangbare gedoogbeleid. Als een sexhuis geen overlast veroorzaakte werd er niet streng op allerlei regels uit bouwbesluiten gecontroleerd. Het aanscherpen van bouweisen en de controles op brandpreventie in horecagelegenheden zijn na elk incident weer “politiek interressant”. Na enige tijd is de lol er vanaf en gaat het geld en de mensen weer een andere “politiek interressante” richting op.
Het gedoogbeleid van de overheid uit de jaren ’80 is reeds lang vervangen door actievere controles op vergunningen en opsporing van semi-criminele activiteiten. Door de BIBOB (Bevordering IntegriteitsBeoordelingen door het Openbaar Bestuur)-wet kan de overheid ingrijpen als er tekenen zijn dat de onderwereld en de bovenwereld verstrengeld zijn. Vergunningen en subsidies kunnen worden ingetrokken als er aanwijzingen zijn dat daarmee criminele activiteiten worden “witgewassen”. Maar de plekken waar de boven- en de onderwereld in elkaar overlopen bestaan ook vandaag de dag nog, buiten het gezichtsveld van al die overheidsinstanties die steeds topjes van de ijsberg in beeld krijgen.
Bronnen:
De Amsterdamse brandweer, Gerard Koppers © 1988 HHS ISBN 90 70674 05 x
https://www.parool.nl/nieuws/opkomst-en-neergang-van-casa-rosso~b646f8da/